Hoe het ooit begon: Ik dacht dat ik het goed deed, maar mijn collega’s zagen dat anders
Jarenlang heb ik in grote organisaties gewerkt. Ik vond het belangrijk om samen met mijn collega’s resultaten te halen, bij te leren en plezier te maken. Ik werkte hard en voelde mij altijd heel verantwoordelijk. Ik zag altijd wel mogelijkheden om dingen te verbeteren, dus stelde ik vaak scherpe vragen en gaf en vroeg om feedback. In mijn ogen was ik goed bezig, omdat ik altijd de klant voorop stelde. Toch kreeg ik keer op keer negatieve reacties van collega’s of werd ik genegeerd. Van mijn manager kreeg ik te horen dat ik milder moest worden, vanuit verbinding moest werken en mij kwetsbaar moest durven opstellen. Dat was een harde boodschap, maar ik wist dat er iets moest veranderen. Ondanks wat ik leerde, lukte het me niet om deze inzichten volledig in de praktijk te brengen.
Door de burn-out die volgde kreeg mijn ego een fikse deuk
Ik ploeterde door en kreeg een steeds grotere hekel aan mijzelf. Totdat het echt niet meer ging en ik burn-out raakte: Ik had gefaald en compleet mislukt. Het gevoel van schaamte en frustratie overheerste, vooral omdat ik altijd degene was die alles altijd op orde had. Hoe kon ik, iemand die alles altijd voor elkaar leek te hebben, nu zo vastlopen? Diep van binnen wist ik heus wel hoe het zat. Jarenlang had ik gedaan alsof er niets aan de hand was. De heftige gebeurtenissen uit mijn jeugd had ik weggestopt alsof het niet meer dan een herinnering aan een vervelende, regenachtige vakantie was. Maar nu moest ik onder ogen zien dat die oude gebeurtenissen mijn functioneren en uiteindelijk mijn burn-out hadden beïnvloed.